Een jeugdbeschermer in coronatijd 2.0
#praktijkverhalenHet is maandagavond 14 december 2020 zeven uur in de avond. Premier Rutte spreekt ons toe vanuit het torentje. Oké, daar gaan we weer, lockdown nummer twee. Ik weet nu al dat de telefoon morgenochtend roodgloeiend zal staan. En inderdaad de volgende dag gaan we voor de herhaling.
‘Larissa kan niet naar haar vader, het is lockdown en ze is bij mij.’
‘Pleegvader is risicogroep, de omgang kan echt niet doorgaan. Geef jij het door aan de ouders?’
‘Sorry, alle ambulante hulpverlening gaat online.’
‘Boeman zijn’ hoort bij je vak
De eerste keer lockdown hadden we geen idee. Je dreef mee op de golven van corona en je zag wel waar je strandde. Nu weten we wel beter. We weten hoe het voelt dat bij dat ene gezin nu geen hulpverlening thuis komt terwijl je net een beschikking hebt laten maken voor twintig uur per week. We weten hoe het voelt als corona voor ouders een reden is om het contact met de andere ouder te stoppen. En we weten nu ook hoe het voelt als jíj alle slechte boodschappen mag brengen. Jij bent tenslotte de jeugdbeschermer, dus soms de boeman zijn, hoort bij je vak.
Maar die slechte boodschappen breng je wel weer vanaf de keukentafel waar je wellicht net vakkundig je kinderen hebt weggewuifd. Of vanaf de gang omdat je hond er anders doorheen blaft. Je pleegt vervelende telefoontjes vanuit je huis. Hangt de telefoon soms ook moedeloos op zonder een collega die even aan je vraagt ‘Hoe was dat voor je?’
Ik denk aan mijn cliënten
Ik denk aan Bouchra die pasgeleden bevallen is van een tweeling en dat nu met minimale hulpverlening moet doen, maar er toch het beste van weet te maken. Met Nathalie heb ik vorige maand de sleutels van haar eerste eigen huisje opgehaald. Ze wordt bijna achttien jaar en ik moet mijn oude tv nog naar haar brengen. Dat ga ik wel doen, want ik weet dat Nathalie soms in haar eigen wereld leeft dus het zou best kunnen dat ze van de toespraak van Rutte nog niets mee heeft gekregen. Ja, ja, dat bestaat.
Reza zou deze maand voor het eerst met zijn moeder afspreken na een jaar. Dat moeten we nu ook verplaatsen. Dat betekent ook weer iets voor het pleeggezin, dus kunnen zij ook wel een steuntje in de rug gebruiken. Ik denk ook aan Lukas die misschien wel naar zijn moeder wil, maar zijn vader vindt het beter om de omgang tijdelijk te staken omdat er een pasgeboren baby is in het gezin. Ook dat moeten we met elkaar zien op te lossen.
Laten we nog even doorzetten
In deze tijd heeft iedereen zijn eigen uitdagingen. Laten we nog even doorzetten met z’n allen en hopen dat we na 19 januari (of misschien toch wat later) langzaam het leven weer op kunnen gaan pakken. Dat ik dit jaar wel weer naar een diploma-uitreiking van een van mijn cliënten kan, want Ilja gaat het dit jaar zeker wel halen. Dat ik dit jaar Norah weer een knuffel kan geven als oma toch weer iets heeft gezegd wat haar verdrietig maakt. Laten we hopen dat we weer normaal langs elkaar heen kunnen bewegen op kantoor en we de routekaart nóóit meer nodig hebben.
En ik hoop vooral dat ik Zoom, Teams, Skype, FaceTime alleen nog maar hoef te gebruiken omdat dat gewoon even leuk of handig is en niet omdat we in lockdown zitten. Ook al krijg ik wel vaak de enthousiaste vraag van kinderen ‘Of mijn hond nog even in beeld mag, want die zit toch wel eens op de tafel Christel?’ Oeps!
Christel,
jeugdbeschermer bij Jeugdbescherming west
Natuurlijk zijn in verband met de privacy andere namen gebruikt in dit praktijkverhaal
Foto: Jeugdbescherming west
Reageren op dit bericht is niet mogelijk.